Af en toe is het best leuk om een even weg te dromen in mijn digidagboek. Het stukje over mijn secretaresseopleiding bij Schoevers lezende, ontdek ik dat ik bijna over al mijn opleidingen in heb verteld, maar ook, dat ik eentje vergeten ben. Dat is niet zo verwonderlijk, want deze deed ik pas veel later. Na mijn lagere school, MMS en Schoevers, heb ik in 1981 de opleiding akte K gedaan, zodat ik als "handwerkjuf" op de lagere school, les kon gaan geven.
Deze opleiding deed ik met de achterliggende gedachte, dat er bij kinderen op school veel te weinig aandacht werd besteed aan vrijetijdsbesteding. De mensen kregen steeds meer vrije tijd en er is, ook volgens mij, een deel van de mensheid, die dat totaal niet weet in te vullen. Niet dat ik nou meteen de illusie heb, dat ik met dat handwerken het probleem heb opgelost, maar misschien helpt het een klein beetje, om sommige mensen toch een fijne vrijetijdsbesteling aan te reiken.
Die opleiding, was zo gezegd, maar echt niet, zo gedaan. Ik moest mijn drukke gezin, met drie kinderen achterlaten, en per fiets, trein en te voet, 1x per week naar Alkmaar en terug. De PA [pedagogische academie] , was een imposant gebouw in de buurt van de Westerweg, wat ik, zonder resultaat, op Maps heb proberen terug te vinden, maar het was een kwartiertje lopen van het station. Ik vond de opleiding, die bestond uit de vakken didactiek, breien/haken, borduren en naaien, niet echt zwaar. De ladingen huiswerk daarentegen, hielden me wel aardig bezig. Iedere week een brei/haak-, borduur- en naaiopdracht, waarvan ik altijd probeerde iets nuttigs te maken. Vaak waren dat dan ook nog eens heel vrije opdrachten, waarbij ik mijn voorraad fantasie aardig moest aanspreken.
Het vak naaien was een regelrechte ramp en duidelijker dan in een stukje, dat alleen in mijn digidagboek staat, kan ik het niet verwoorden. Vandaar dus even een citaat: “Naaien was beslist mijn favoriet niet en zelfs nu nog, als ik mijn naaimachine voor mij heb staan, besluipt mij het ongelofelijk katterig gevoel, om dat apparaat meteen het raam uit te gooien. Een onverklaarbare kippevel krijg ik van dat ding. Heb ik net een stuk gestikt [het woord alleen al] blijkt dat de onderdraad gebroken is en verandert het werk, waar ik intussen ook de spelden hebt uitgehaald, in een losse bende of ik ontdekt dat er allemaal lussen aan de achterkant van het werk zitten, vanwege een verkeerde spanning. Een andere hinderlaag kan zijn dat je een stuk van het werk hebt meegenaaid wat niet moest, en ga zo maar door, ik heb een ruime ervaring met dat gehannes. Sterker nog, als ik eenmaal begin met klunzen, dan houdt het niet op”.
Maar breien, haken en borduren was leuk. Dat deed ik graag en zag er beslist niet tegen op om van de opdracht, nuttige dingen te maken. Een goed voorbeeld daarvan is het enige werkstuk, wat nog op foto is terug te vinden. De exacte opdracht weet ik niet meer, maar het zal zoiets geweest zijn in de trant van "Maak je portret met lapjes". Dat ik er dan een tas van heb gemaakt, was mijn eigen idee, want het portret alleen op een losse lap zou waarschijnlijke wel voldoende zijn geweest. Dit tikkende, moet ik eigenlijk wel lachen, dat het juist een naaiopdracht is, waarvan ik een voorbeeld geef, gezien het bovenstaande gemopper.
Na een jaar flink aanpoten, kwam dan in juni het eindexamen. Voor het gemak, moest ik daarvoor helemaal naar Rotterdam. Niet echt fijn, , want vanzelfsprekend al behoorlijk gespannen, moest ik er nog eens ver voor reizen naar een totaal onbekende bestemming. Maar goed, ik ben er gekomen en beter nog, ik slaagde nog ook, ondanks de vette 4 voor mijn naaiwerk. Heel lief kwam Karel met de kinderen in de middag ook naar Rotterdam, die een enorm opgeluchte vrouw en moeder, ophaalden en mee naar huis konden nemen. Nog jaren daarna, als we langs Rotterdam reisden, zag ik vanuit de trein, dat bewuste schoolgebouw langs het spoor, wat me iedere keer weer herinnerde aan die spannende dag, dat ik daar eindexamen deed.
Toch heeft mijn harde werk weinig opgeleverd. Ik heb helaas nooit voor de klas gestaan, want juist in dat jaar begon men met het drastisch bezuinigen op vakleerkrachten. En ja, natuurlijk ging gymnastiek voor, dus werden de vakleerkrachten in andere vakken heel snel wegbezuinigd. En om als gediplomeerde hulpmoeder te fungeren, dat had ik geen zin in. Toch was de opleiding beslist niet voor niets. Ik heb er veel extra haak-, brei- en borduurtechnieken geleerd, die me later heel goed van pas zijn gekomen. Niet altijd tot volle tevredenheid van mijn kinderen, maar ja, ach, die moeten niet zeuren, want ik moest toch wat, met het geleerde, mijn fantasie en mijn vrije tijd.